Hey, lieve mama of papa,
Wat fijn dat je je kindje nog beter wil leren begrijpen en wil bijleren over slaap.
Als geen ander weet ik hoe uitgeput en machteloos je je kan voelen als het slapen van je kindje nog moeilijk loopt. Dit was meteen ook mijn grote drijfveer destijds om me als osteopaat te specialiseren in het behandelen van baby’s en jonge kindjes.
In meer dan 25 jaar behandelde ik duizenden kindjes en vielen er steeds meer puzzelstukjes in elkaar. Omdat ik de vraag in mijn praktijk niet meer kon bijhouden, maar steeds opnieuw hoorde: ‘je geeft zoveel waardevolle tips, waar kan ik hierover meer lezen?’, besloot ik mijn inzichten te bundelen in online cursussen voor ouders… en zo ontstond Happybabycoach!
Mijn grootste doel is jou als ouder te empoweren en je de lange zoektocht besparen die ik zelf maakte.
Hieronder geef ik antwoord op de meest gestelde vragen rond slaap.
Liefs,
Anja
Realistische verwachtingen
Allereerst is het goed om weten dat doorslapen voor jonge kindjes echt niet de biologische norm is: het is namelijk héél normaal als je baby, peuter of kleuter nog enkele keren wakker wordt ’s nachts.
Een pasgeborene heeft nog totaal geen dag- of nachtritme, moet nog heel veel energie opdoen om goed te groeien, dus het is logisch dat hij zich om de 2-3u meldt voor een voeding, ook ’s nachts.
Langzamerhand wordt het maagje groter en kan je baby’s al langere blokjes slapen. Zo zien we dat veel kindjes van 2-3 maanden al eens spontaan een blokje van 4 of 5 uur aan elkaar slapen, al zijn er ook baby’s die nog kortere blokjes aanhouden.
Hoe ouder een baby wordt, hoe meer hij de slaap zal kunnen consolideren en dus langere blokjes slapen.
Elke baby is uniek
Wel zien we ontzettend grote verschillen in slaappatronen: Je hebt baby’s die op 2 maanden ’s nachts 8 uur ononderbroken slapen, maar evengoed peuters die op 20 maanden 's nachts nog verschillende keren wakker worden voor een borstmomentje, wat nabijheid of troost, en al die variaties zijn biologisch normaal.
Hoe snel een baby gaat doorslapen, wordt bepaald door een samenspel heel veel factoren:
Je baby’s temperament en gevoeligheid, zijn fysieke aanleg en ontwikkelingsniveau, zijn gewicht
Omgangsmaatrelgelen en omgevingsfactoren (aard van de voeding, slaapplek, gewoonten, culturele verschillen, routines, …)
Geen lineair proces
Daarnaast evolueert de slaap ook niet lineair: er zijn immers een hoop omstandigheden die de slaap kunnen impacteren, zoals
fysieke factoren: groespurtjes, ontwikkelingssprongetjes, maar ook lichamelijke ongemakjes zoals reflux, krampjes, allergieën, eczeem, jeuk, ziekte of last van doorkomende tandjes
emotionele factoren /gebeurtenissen (start opvang, veranderde gezinssituatie,…)
Dan maar passief afwachten tot het betert?
Dat betekent uiteraard niet dat je daarom maar machteloos moet liggen afwachten tot je kindje beter slaapt. Er zijn zeker tal van dingen die je kan doen om het slapen te optimaliseren. Belangrijk is wel dat dit in afstemming gebeurt met je kindje en dat je rekening houdt met zijn fysiologische en emotionele noden.
Een baby heeft nog heel veel slaap nodig: hij staat nog aan het begin van zijn ontwikkeling en heeft àl zijn energie nodig om te groeien, te eten, te verteren, motorisch te ontwikkelen en een goede immuniteit op te bouwen.
Wel zijn er onderling grote verschillen in slaapbehoeften: waar de ene baby van voeding tot voeding slaapt, komt een andere met veel minder slaap toe. Geen enkele baby is nu eenmaal hetzelfde. Natuurlijk zijn er grenzen aan te weinig slaap.HIER vind je een gemiddelde richtlijn betreffende het aantal slaapuurtjes/24u, de verdeling over dag & nacht en het aantal dutjes/dag in het eerste levensjaar.Let op, dit zijn slecht gemiddelden, wat dus betekent dat er baby’s zijn die met veel minder of met veel meer slapen en toch perfect gezond zijn.
Slaapt jouw baby meer of minder dan de gemiddelden in dit schema? Bekijk altijd het grotere geheel! Ontwikkelt je baby het verder goed? Zit hij lekker in z'n velletje? Eet hij goed, plast en ontlast hij goed? Dan is de kans groot dat hij gewoon wat minder slaap nodig heeft!
Hoe jonger een baby, hoe minder vaste structuur er in het dagritme van je kindje zal zitten: het ene dutje is kort, het andere langer en geen enkele dag ziet er hetzelfde uit. Je pasgeboren baby in een strak schema properen te doen passen, geeft dan ook meestal meer frustratie (zowel bij jou als bij je baby) dan rust.
Naarmate je baby ouder wordt, komt er meestal vanzelf wat meer structuur in de dag. Toch blijven individuele slaapbehoeften erg verschillend.
Een ritme dat voor het ene kindje supergoed werkt, kan dus voor het andere helemaal mis zijn.
Je mag dus gerust het ritme van je kindje blijven volgen als dit goed voelt voor jou.
Merk je dat het ritme echt compleet zoek is en dat de dag een aaneenschakeling is van hazenslaapjes en onduidelijke voedingsmomenten, dan kan het wel fijn zijn om je baby daarin wat meer te begeleiden. Een goede timing van de dutjes kan hierin al een eerste belangrijke stap zijn.
Het goede moment om een dutje aan te bieden kan je zo’n beetje vergelijken met het aansnijden van een avocado: mikken op het juiste moment! (Te vroeg- te vroeg- te vroeg- te vroeg- ja, nu! - oeps, te laat). Damn zeg, niet makkelijk !
2 dingen die hierbij kunnen helpen, zijn:
- Vermoeidheidssignalen
Let op kleine signalen die je kindje geeft als het moe wordt, zoals: wegkijken, glazig kijken, gezichtje begraven in je trui, schokkeriger bewegen,… tot uiteindelijk jengeliger worden). Neem je kindje weg van alle prikkels (in je drager of in een bedje) en nodig het uit te slapen. - Wakkertijden
Merk je niet zo duidelijk bij je kindje wanneer het moe wordt of gaat het plots van actief en tevreden naar oververmoeid? Dan kunnen wakkertijden een handig hulpmiddel zijn. Met de wakkertijd wordt de periode dat je baby tussen 2 dutjes in wakker is, met inbegrip van het voedingsmoment. In de praktijk betekent dit dat je op je klok kijkt van zodra je kindje wakker wordt, en tegen het einde van de wakkertijd die past bij de leeftijd van je kindje, je kindje terug uitnodigt om te slapen.
HIER vind je wakkertijden waarmee ik zelf graag werk in de praktijk.
Belangrijk om weten, is dat er geen wetenschappelijke consensus is over wakkertijden.
Dat heeft onder andere te maken met culturele verschillen, verschillen in visie, maar ook met het feit dat elke baby andere slaapnoden heeft. Afhankelijk van welke slaapcoach je raadpleegt, zal je dus andere wakkertijden tegenkomen, en de ene baby zal beter in het ene schema passen, de andere beter in het andere.
Het is dus een beetje zoeken of een kortere of langere tijd beter bij jouw baby past (in mijn cursussen leer ik hoe je dat doet)
Hoewel het heel begrijpelijk is om dat te denken, is het één van de meest gehoorde misvattingen. De slaapdruk bij een baby bouwt zich namelijk heel snel op, waardoor hij na een relatief korte wakkertijd al terug nood heeft aan een dutje.
Gaat hij over die wakkertijd heen, dan geraakt hij oververmoeid en krijgt hij steeds meer prikkels binnen. Hij zal meer stresshormonen produceren, waardoor het steeds moeilijker wordt om in slaap te vallen. Bovendien kan de verhoogde cortisol ervoor zorgen dat hij onrustiger slaapt en sneller terug wakker schrikt. Zo begint je baby met een slaaptekort aan zijn volgend wakker moment, waardoor een vicieuze cirkel kan ontstaan van onrust, hazenslaapjes en gebroken nachten.
Eens de slaaptrein gemist, kan het even duren voor de volgende komt en kan dit impact hebben op de rest van de dag én zelfs de nacht. Met andere woorden: langer wakker houden geeft meestal een tegengesteld effect.Baby’s hebben nog korte slaapcycli van ongeveer 45 minuten. Soms doorloopt hij 1 slaapcyclus, soms plakt hij er meerdere na elkaar. In optimale omstandigheden zou een slaapje dus op z’n minst 45 minuten moeten duren. Omdat een pasgeboren baby nog licht slaapt, gebeurt het soms dat hij tussen twee slaapfasen in of zelfs al na 10 of 20 minuten, dus midden in een slaapcylus kan wakker schrikken, terwijl hij nog niet uitgeslapen is. Vaak zal je baby dan huilend wakker worden.
Je kan hem op zo’n moment uitnodigen om verder te slapen (door hem even te wiegen, of als hij in een bedje ligt door op z’n voorhoofdje naar beneden te strijken of door hem even op z’n zijtje te draaien en op z’n rugje te tappen). Soms zal het lukken, een ander moment niet.
Zolang het eerder uitzondering is dan regel, is dit geen probleem. Lastig soms, maar niet jouw fout. Het is gewoon een baby.
Gaandeweg (naarmate je kindje ouder wordt) zal de slaap van je kindje meer consolideren en wordt het makkelijker om langere blokjes te slapen.
Het is inderdaad goed om je kindje te laten slapen als het slaapt en bij je dagelijkse bezigheden rekening te houden met de slaaptijden van je kindje. Toch zijn er enkele situaties waarin het prima of zelfs heel belangrijk kan zijn om de dutjes overdag wat in te korten, bijvoorbeeld:
- Als je pasgeborene weinig hongersignalen geeft en hierdoor te weinig voedingen per dag krijgt.
- Of als je kindje overdag zo lang slaapt dat hij teveel tijd tussen 2 voedingen in heeft, waardoor hij niet aan voldoende voedingen op 24u komt of ’s nachts alles moet.
- Als je kind overdag overdag te lang slaapt en je merkt dat de nacht hieronder lijdt
Het is eigenlijk biologisch normaal dat we als mensen samenslapen met onze kindjes. Het biedt ook erg veel voordelen: je baby (die voor zijn overleving voor 100% op jouw is toegewezen), voelt zich veilig, waardoor hij zich veel makkelijker kan overgeven aan de slaap. Maar ook voor jou als ouder is het praktisch: je moet je bed niet uit om voeding of troost te geven, jullie slaap wordt op elkaar afgestemd,…
Helaas leven we in een maatschappij die ver van de natuur verwijderd staat en is samenslapen eerder uitzondering dan regel geworden.
Weet dat jij hierin een keuze mag maken, los van wiens oordeel ook!
Probeer uit wat voor jouw gezin en jouw kindje werkt: samen in één bed, je kindje in een cosleeper, een vloerbedje, een kinderbedje,… Jij of jullie als ouders zijn diegene die hierin het best een keuze kunnen maken, rekening houdend met alle omstandigheden: de leeftijd en het temperament van je kindje, jullie gezins- en werkomstandigheden, de draagkracht in het gezin,....
Zo zijn er gezinnen die ervoor kiezen om alle dutjes in nabijheid te doen (’s nachts samenslapen, overdag dutjes in de drager,…)
Anderen vinden het fijn vinden om hun kindje overdag in een kinderbedje te laten slapen maar ’s nachts gezellig samen te slapen.
Maar als jij geen oog dicht doen met je kleine wriemelaar in bed, is het helemaal oké om te kiezen voor een cosleeper of eigen bedje (waar je snel bij kan zijn).
Er zijn ouders die afwisselend met de baby slapen, of waarvan 1 van de ouders overdag wat gaat bijtanken. Niet romantisch, maar van 2 uitgeputte ouders die er onderdoor gaan, wordt niemand beter!
Absoluut! Jonge kindjes hebben nog heel veel nood aan nabijheid en geruststelling en kunnen zich pas overgeven aan de slaap als ze zich veilig voelen. En geef toe, wat voelt er nu veiliger dan jouw lichaam?
Met name in de eerste 3 maanden (het missende 4e trimester) kunnen contactdutjes soms de enige optie zijn om je baby aan voldoende slaap te helpen en kan het je veel frustratie besparen als je je hier even helemaal aan overgeeft.
Hierop staat overigens geen limiet (op het aantal kg dat jij kan blijven dragen misschien wel ☺ ), maar ook bij een peuter of kleuter kunnen contactdutjes af en toe nog fijn zijn om de batterijtjes nog eens op te laden.
Uiteraard kijk je altijd naar je kindje. Merk je dat je kindje regelmatig wakker wordt door jouw activiteit en dat het voor jullie veel beter werkt je baby in een bedje te laten slapen, dan is dat natuurlijk helemaal prima.
Instinctief en mooi proces
Je baby in slaap helpen door te wiegen, te wandelen, in slaap te borsten of een flesje te geven, erbij te gaan liggen, te strelen of welke andere manier dan ook, kan absoluut geen kwaad. Het is iets wat je als ouder instinctief doet als je kind de slaap moeilijk kan vatten.
Met name in de eerste maanden na de geboorte, waar baby’s soms nog kampen met ongemakjes kan het soms de enige manier zijn om je kindje te doen slapen: veel baby’s kampen nog met ongemakjes als krampjes of reflux en het is dan ook prima om in te zetten op contactdutjes, je baby in de drager te laten slapen en alles te doen wat je in je hebt om je kindje te helpen slapen.
Slaapassociaties
Wat wel belangrijk is om weten, is dat een baby na verloop van tijd associaties begint te maken en het moment van inslapen kan gaan koppelen aan een bepaalde handeling, gewoonte of object: een fopspeen, doekje, gewiegd worden, enkel inslapen aan de borst of aan het flesje,…
Zo’n associaties zijn niet goed of slecht, maar kunnen soms een behoorlijke impact hebben op het doorslapen: als je baby tussen 2 slaapcycli in even wakker wordt (wat normaal is), zal hij op zo’n moment telkens opnieuw zijn voorwaarde nodig hebben om weer verder te slapen.
Zo kan het zijn dat je op een bepaald moment steeds meer borstmomenten moet geven (of het flesje) terwijl je kindje eerder al met minder toekwam. Nogmaals, het gaat hier niet om een waardeoordeel: het is helemaal oké als je 11-maandertje nog elke 2 uur een borstmoment vraagt ’s nachts of nood heeft aan ouderlijke hulp om verder te slapen. Als dit voor jou goed voelt, hoef je daar ook helemaal niets aan te veranderen!Is jouw hulp de absolute voorwaarde om verder te slapen (oudergeassisteerde slaapassociatie) en voelt het niet meer goed, dan is het ook prima om daar je grenzen in aan te geven.
Het is immers niet omdat het biologisch normaal is, dat het ook biologisch noodzakelijk is.
Responsief zijn naar je kindje toe betekent ook niet dat je op elke vraag 'ja' moet zeggen. Liefdevolle grenzen bieden is een prachtige waarde om je kindje voor te leven.
Uiteraard doe je dat respectvol, hou je rekening met de leeftijd van je kindje en doe je dit in liefdevolle afstemming.
Als het allemaal teveel wordt…
Soms zijn er omstandigheden waarop het je teveel wordt: je staat er alleen voor, je hebt misschien zelf nog andere kindjes die je nodig hebben, je baby blijft maar huilen en je bent op.
Als er dan mensen in je omgeving je vertellen dat het bij hen goed werkte om hun baby eens enkele nachtjes te laten huilen, dan snap ik goed dat je hiervoor kiest.
Maar als er ook maar enige andere optie is, zou ik niet aanbevelen om te doen. Het is niet immers omdat het werkt, dat het altijd zonder schade is.
De schaduwzijde van cry-it-out-methodes of gecontroleerde huilmethodes
Als een kindje moederziel alleen ligt, hartstochtelijk huilt en niet weet of iemand hem hoort, kan dit een stressrespons uitlokken: hij gaat in overlevingsmodus (fight/flight), en vermits vluchten geen optie is, zal hij eerst proberen zich te melden (vechtreactie), maar wanneer hij niet gehoord wordt, kan de angst zo overweldigend zijn dat hij volledig uit z’n stressraampje schiet en uiteindelijk in alle uitputting stopt met huilen. Hij heeft dan helemaal niet ‘geleerd’ om goed te slapen, hooguit dat het toch geen zin heeft om z’n gevoelens te uiten en het dus beter kan opgeven.
Deze 'littekens' zijn mogelijk niet meteen zichtbaar, maar kunnen pas veel later in de ontwikkeling naar boven komen.
Dus als je dit enigszins kan, laat je kindje dan niet alleen in z’n verdriet.
Weet dat er andere manieren zijn om je kindje stap voor stap naar meer zelfstandig slapen te begeleiden, vanuit respect en in verbinding met je kindje.
Kan je hulp vragen (en aanvaarden) van je omgeving?
Sommige dingen kan je niet alleen. En alvorens je drastische dingen doet waar je mogelijk spijt van krijgt, kijk eens of het en optie is om hulp te vragen van je omgeving: je mama, een lieve vriendin die eens overdag je baby eens uit handen neemt terwijl jij even bijtankt of op je andere kindjes past, iemand die je kan ontlasten in het huishouden, een strijk doet, een pot soep of een ovenschotel langsbrengt….
Er is echt niets mis met hulp vragen in deze fase van je leven!
Eerste maanden
In deze fase is je kindje nog volop aan het ‘landen’, aan het wennen aan het leven hier op aarde. Hij moet nog een dag- en nachtritme ontwikkelen, zijn spijsvertering moet nog uitrijpen en er spelen soms nog ongemakjes. Op dit moment hoef je je echt nog niet bezig te houden met associaties. Je kindje is ook nog veel te jong om iets te leren, dus het heeft geen zin om hem zelfstandig in slaap te ‘leren’ vallen. Veel belangrijker dan je bezig houden met slaapassociaties is dat je kindje in een gezond ritme komt en voldoende slaap heeft. Contactdutjes-to-the-rescue, dus!Vanaf 3-5 maanden
Ergens tussen 3 en 5 maanden beginnen slaapassociaties steeds meer een rol te spelen.Het is helemaal oké om je kindje telkens in slaap te helpen en als dit voor jou goed voelt (ook al betekent dat nog veel hulp geven), hoef je daar helemaal niets aan te veranderen.
Ook als je kind nog kampt met ongemakjes die nog niet zijn opgelost, kan het gewoon de enige optie zijn om tot slapen te komen en moet hier eerst een oplossing voor komen.
Maar als dit niet het geval is en je voelt dat de nachten beginnen op te breken of moet je kindje naar de opvang en vind je het fijn dat er meer flexibliteit komt in de manier waarop je kindje inslaapt, dan kan het interessant zijn om associaties die niet meer helpend zijn, af te bouwen en/of nieuwe associaties te creëren (in de cursus 'Liefdevol Zelfstandig Slapen' toon ik je graag hoe dat kan).
Wanneer is het zinvol/nodig om aan slaap te werken?
Baby 0-4 maanden
4 maanden - 4 jaar
Ik hoop je hiermee al wat meer inzicht en vertrouwen te hebben gegeven en wens je héél veel succes in je verdere baby-avontuur!
En... wie weet tot in 1 van mijn cursussen?
Anja
PS: volg je onze tips al op social media?